Toen ik bezig was met het maken van dit recept dacht ik eerst dat het uit zou lopen op vergeefse moeite. Niets bleek minder waar. Uiteindelijk een heerlijk geurig en smakelijke foc foc focaccia.
Benodigdheden voor 4 tot 6 personen
250 gr. Bloem – 125 ml warm water – 25 ml olijfolie ( en een paar scheutjes voor de topping) – 7 gr. Gist – 1 tl zout – 1 el grof zeezout – 75 gr. Zwarte olijven – 50 gr. Zongedroogde tomaten op olie – 1 tak rozemarijn
Bereiding (ca 15 min. Plus 90 min. Wachtijd en 15 min. Oventijd)
Omdat het deeg twee keer moet rijzen op een warme tochtvrije plek, heb ik er voor gekozen om de oven te gebruiken.
Verwarm de oven voor op 30 graden.
Maak ondertussen het deeg.
Zeef de bloem en het zout in een grote schaal en doe het zakje gist erbij.
Giet het warme water en 25 ml olijfolie erbij.
Meng het prutje eerst met een vork door elkaar. Gebruik vervolgens je handen om het tot een samenhangend geheel te kneden.
Dan komt nu het afreageer gedeelte: smijten, duwen, trekken en slaan mag allemaal. Mishandel het deeg voor minimaal 5 minuten.
Doe het deeg terug in de schaal, dek het af met huishoudfolie en zet in de oven.
De oven kan uit.
Laat het deeg ongeveer drie kwartier rijzen.
Het is goed wanneer het volume ongeveer is verdubbeld.
Vet ondertussen een bakplaat in met wat olie.
Snij de olijven in plakjes.
Snij de tomaatjes fijn.
Hak de rozemarijnblaadjes grof.
Verdeel het deeg over de bakplaat. Dit is een kleverig werkje en gaat iets makkelijker met natte handen. Druk het deeg plat.
Strooi de olijven, tomaten en rozemarijn er over. Druk dit lekker in het deeg.
Sprenkel een beetje olijfolie en grof zeezout over het deeg.
Dek weer af met folie en laat ook dit weer een kleine drie kwartier rijzen .
Haal uit de oven, en verwarm de oven voor tot 200 graden.
Bak de focaccia in ongeveer 15 tot 20 minuten gaar en lichtbruin.
Besprenkel het brood als het uit de oven komt meteen met nog een klein beetje olijfolie.
